Onlangs werd ons kantoor geraadpleegd met de volgende casus: Onze cliënte was een dag gaan winkelen. Na het winkelen keerde zij terug huiswaarts alwaar zij haar voertuig voor de deur van haar woning parkeerde. Zij ging thuis bij haar binnen ontdeed zich van haar handtas om vervolgens terug naar haar wagen te keren teneinde deze uit te laden.
Eens terug thuis diende cliënte vast te stellen dat haar handtas was ontvreemd. Blijkbaar had een misdadiger gebruik gemaakt van de gelegenheid om zich de toegang tot haar woning te verschaffen terwijl zij haar voertuig aan het uitladen was om haar handtas die thuis op tafel lag te ontvreemden.
Wanneer cliënte vaststelde dat haar handtas verdwenen was deed zij onmiddellijk het nodige om card stop te bellen teneinde haar bank en kredietkaarten te laten blokkeren. Ondertussen had de dader echter de gelegenheid gehad om verschillende aankopen te doen en geld af te halen met de diverse bankkaarten.
De schade van cliënte liep op tot ongeveer EUR 10.000,00.
De twee Belgische grootbanken van waar de kaarten afkomstig waren weigerden cliënte te vergoeden. Het ingenomen standpunt was dat het niet anders kon dat cliënte de geheime codes van de kaarten ergens opgeschreven had hetgeen in strijd was met de algemene voorwaarden van deze banken.
Mening van de Ombudsman
Cliënte was het hier niet mee eens en klacht werd neergelegd bij de ombudsdienst voor de banken. Deze volgde de stelling van de grootbanken.
Procedure voor de Rechtbank
Nu cliënte zich hier niet mee kon verzoenen werd een procedure gestart voor de Brusselse rechtbank van eerste aanleg.
In het kader hiervan verwezen de banken naar hun algemene voorwaarden om op de rechtbank te vragen hun stelling te willen bevestigen, dit in navolging van het standpunt ingenomen door de ombudsdienst.
De rechtbank ging hier niet op in en oordeelde zoals door ons gevraagd dat het aan de banken toekwam aan te tonen dat cliënte ernstig nalatig was geweest en dat door deze nalatigheid de dieven kennis hebben kunnen krijgen van de geheime codes van de banken.
De rechtbank volgde de stelling van cliënte en oordeelde dat in casu geen ernstige nalatigheid aangetoond kon worden nu het loutere feit dat cliënte haar handtas bij haar thuis had laten liggen tijdens het uitladen van haar voertuig onvoldoende was om gewag te kunnen maken van een ernstige nalatigheid.
De banken werden dan ook veroordeeld tot terugbetaling van de door cliënte geleden schade, onder aftrok van de contractueel bepaalde vrijstelling.
Uit hetgeen voorafgaat volgt dat indien U het slachtoffer bent van een oneigenlijk gebruik van uw bankkaarten naar aanleiding van verlies of diefstal hiervan, U zich niet al te snel dient neer te leggen bij het standpunt van de banken.
Uiteraard dient U voorzichtig te zijn en in geen geval de codes van de bankkaarten op deze te schrijven of op een ander document die U in uw portefeuille bewaart. Voorzichtigheid is dus geboden!