DE UITVOERBAARHEID VAN VONNISSEN WORDT DE NIEUWE REGEL
Gelet op het belang van het principe van de mogelijkheid voor partijen om in hun zaak hoger beroep aan te tekenen was het algemeen principe altijd dat een eventueel vonnis dat door de rechter in eerste aanleg gewezen werd, niet gedwongen kon uitgevoerd worden (via de deurwaarder d.m.v. beslag) zolang de rechter in hoger beroep zich niet uitgesproken heeft over de zaak.
Hierop bestond slechts één uitzondering, met name indien de eerste rechter zijn vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaarde.
In dat geval kon het vonnis gedwongen uitgevoerd worden ook al werd hoger beroep aangetekend.
In de praktijk heeft dit tot gevolg dat de partij die in eerste aanleg veroordeeld werd door een uitvoerbaar vonnis en hoger beroep wenst aan te tekenen, geen andere keuze heeft dan de geldsom waartoe zij eventueel veroordeeld werd ofwel aan de schuldeiser moet betalen ofwel deze geldsom diende te blokkeren bij de deurwaarder of bij de deposito en consignatiekas (zogenaamde kantonnement).
Zeer onlangs heeft de wetgever beslist om dit zeer belangrijk principe inzake twee aanleggen enigszins op de helling te zetten.
Zo werd beslist om van de vroegere uitzondering de regel te maken.
Dit betekent dat in principe in alle zaken die ingeleid worden vanaf 1 november 2015, het vonnis uitvoerbaar bij voorraad zal zijn.
Indien een partij hoger beroep wenst aan te tekenen en zich wenst te beroepen op de schorsende werking van dit hoger beroep, zal deze aan de eerste rechter dienen te vragen om af te wijken van de algemene regel en te voorzien dat het vonnis in eerste aanleg niet uitvoerbaar bij voorraad wordt verklaard.
Hierop bestaan een aantal uitzonderingen zoals alle vonnissen m.b.t. de staat van de personen (echtscheidingen, procedures inzake omgangsrecht voor kinderen, etc…)
Deze nieuwe regelgeving zal er ongetwijfeld toe leiden dat er in mindere zaken hoger beroep aangetekend wordt, hetgeen de voornaamste bekommernis was van de wetgever.
Op die manier worden de rechtbanken en hoven van beroep enigszins “ontlast”.
Wij stellen ons ernstig vragen bij deze nieuwe regelgeving nu hierdoor een justitie aan twee snelheden wordt gepromoot. Het is immers niet ondenkbeeldig dat door deze nieuwe regeling, enkel wie het financieel aankan in staat zal zijn om hoger beroep aan te tekenen tegen een vonnis waarbij hij of zij in het ongelijk werd gesteld.
