Personen die een profiel aanmaken op een socialenetwerksite (SNS) aanvaarden daarbij meestal de algemene voorwaarden zonder deze daadwerkelijk gelezen te hebben. Dit heeft tot gevolg dat ze vaak niet weten waartoe ze zich verbinden. De auteurs nemen een aantal clausules van Facebook onder de loep en gaan na of zij in overeenstemming zijn met het huidige juridische kader op Europees niveau. Ten slotte poneren ze een aantal bedenkingen over het (on)evenwicht tussen de rechten en plichten van SNS gebruikers en aanbieders.
Algemene voorwaarden: te nemen of te laten?
In principe vertrekt het contractenrecht van de vrijheid tot contracteren, wat inhoudt dat partijen vrij zijn om de rechten en plichten van hun overeenkomst te bepalen. In praktijk worden algemene voorwaarden in een consumentencontext worden echter vaak eenzijdig opgesteld door de aanbieder, die (vaak) de sterkere partij is. Algemene voorwaarden worden dan ook zelden gelezen, zowel offline- als online. Dit is een meer algemeen fenomeen dat gerelateerd kan worden aan het menselijk gedrag. Fenomenen zoals de ‘kleverigheid’ en ‘netwerkeffecten’ waaraan SNS onderhevig zijn, kunnen echter het gevoel versterken dat deze algemene voorwaarden, hoe verreikend ze soms ook kunnen zijn, nu eenmaal een onderdeel zijn van de overeenkomst als men deel wil uitmaken van het netwerk.
Gratis, dus minder bescherming?
Een analyse van enkele bedingen van de algemene voorwaarden van Facebook heeft aangetoond dat er reden tot bezorgdheid is over de ongelijkheid tussen de SNS provider en de SNS gebruikers. Het is waarschijnlijk dat bepaalde clausules, op basis van consumentenrechtelijke argumenten, niet gehandhaafd zullen worden door Europese rechter. Een belangrijk instrument in dit verband is de Richtlijn betreffende oneerlijke bedingen die bepaalt dat een beding oneerlijk is indien “het in strijd met de goede trouw, het evenwicht tussen de uit de overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen van de partijen ten nadele van de consument aanzienlijk verstoort.”
SNS-providers bieden hun diensten vaak gratis aan, in die zin dat gebruikers geen geldelijke vergoeding moeten betalen (hoewel ze kunnen ‘betalen’ met hun persoonlijke gegevens). De vraag rijst of dit voor dit soort diensten een lager beschermingsniveau rechtvaardigt, in vergelijking met andere diensten waarvoor wel een vergoeding betaald wordt. Dit roept vele vragen op die verder onderzoek vereisen. Kunnen er bijvoorbeeld parallellen gevonden worden met andere diensten die gratis aangeboden worden? Wat met SNS-providers die zowel betalende als gratis diensten aanbieden, zoals LinkedIn?
Mogelijke stappen
Op dit moment is er relatief weinig specifieke rechtspraak voorhanden en individuele consumenten zijn vaak niet geneigd een procedure op te starten omdat de kosten en de inspanning vaak niet in verhouding staat tot de verwachte compensatie. Een efficiënt en gebruiksvriendelijk collectief vorderingsmechanisme zoals dat van de class action lawsuit in de Verenigde Staten staat op dit moment in Europa nog in de kinderschoenen. Er kunnen in de tussentijd wel concrete stappen ondernomen worden, bijvoorbeeld op Europees niveau, om SNS-providers te motiveren meer gebruiksvriendelijke algemene voorwaarden op te stellen, en dit liefst in combinatie met grootschalige campagnes die erop gericht zijn gebruikers meer bewust te maken van de implicaties die het aanvaarden van algemene voorwaarden kunnen hebben.
Heeft u als consument vragen over algemene voorwaarden of wenst u als ondernemer algemene voorwaarden opstellen? Contacteer ons!
Bron: Ellen WAUTERS, Eva LIEVENS en Peggy VALCKE , “Bescherming van gebruikers van sociale media. Juridisch perspectief op algemene voorwaarden van socialenetwerksites”, NjW 2014, afl. 312, 866-880.